Ook toeristen weten onze bossen en meren goed te vinden. Toch kan er meer met die bossen. Schoolklassen kunnen er biologielessen krijgen, kinderen kunnen er in bomen klimmen, er weer uit vallen en als iemand een theeschenkerij wil beginnen kan dat best een goed idee zijn.

Bij de ontwikkeling van onze dorpen is er veel groen gepland en gerealiseerd. Elk dorp heeft een eigen dorpsbos en iedere wijk ligt ingesloten in een brede rand van bomen en struiken. Wij vinden dat het openbaar groen alleen nog maar bebouwd mag worden voor sociaal-maatschappelijke doeleinden. En pas als het echt niet anders kan. Groen draagt namelijk bij aan een rustige uitstraling en is belangrijk voor het behoud van veel diersoorten in en om de dorpen, zoals vlinders, vogels, vossen en vleermuizen. Het groen wordt keurig gemaaid en onderhouden, misschien wel iets te keurig. Het openbaar groen, de oevers van de tochten en de bermen langs onze wegen en straten mogen best nóg wat natuurlijker, dat is bijvoorbeeld goed voor insecten. Ook bij nieuwbouw houden we rekening met dieren door direct groen aan te leggen, nestgelegenheden te bouwen en betegeling van tuinen te ontmoedigen.

GroenLinks zet in op geluk door:

  • behoud en versterking van groene structuren, ook binnen de bebouwde kom 
  • ruimte voor insecten, vogels, kleine zoogdieren in bermen, parken, bossen en (nieuwe) wijken 
  • voedselbossen waar je fruit en noten kunt plukken 
  • een natuurwethouder, belast met groen beleid in een groen Dronten 
  • natuurlijke bermen en openbaar groen 
  • meer bloemenweiden en bloemenbermen moeten komen, met kleurige wilde bloemen  
  • het inzetten van schapen om het gras kort te houden 
  • het behoud van de dorpsbossen, voor zover mogelijk aangepast aan recreatief en educatief gebruik 
  • de ontwikkeling van het dierenpark in Dronten tot groen centrum van het dorp, met biologieles in de stal en geschiedenis in de pioniersbarak 
  • ruimte in alle drie de dorpen voor kleinschalige dorpslandbouw, bijvoorbeeld bij de dierenparken